AGV's bij Thyssen Krupp
parallax background

Eerste AGV in Nederland rijdt bij ThyssenKrupp

De eerste Automated Guided Vehicle (AGV) in Nederland rijdt bij ThyssenKrupp in Krimpen aan den IJssel. Binnen de productie van trapliften zorgt deze onbemande stapelaar voor het transport tussen de diverse werkstations. “Wij produceren hier trapliften waarmee mensen, die slecht ter been zijn, langer in hun eigen huis kunnen blijven wonen”, vertelt Manager Operations Rob Klasen. “Wekelijks verzenden we zo’n 350 installaties wereldwijd, waarbij elke traplift uniek is in maatvoering.”

Onze uitdaging

De afdeling Railbouw van de fabriek in Krimpen aan den IJssel kent voor de verwerking van de buizen en tandheugelprofielen 6 verschillende productieclusters. Elk hiervan voert een specifieke bewerking uit. Het is dus zaak dat het materiaal elk station bezoekt. Rob Klasen: “Bij de recentelijk doorgevoerde automatisering en efficiëntieverbetering hebben we ook het interne transport meegenomen. Randvoorwaarde hierbij was het behoud van flexibiliteit zowel in route als ruimtebeslag.”

De oplossing

Vanwege de wens voor behoud van flexibiliteit, kreeg uiteindelijk een AGV de voorkeur boven een hangbaan of een stationaire pennenbaan, die de profielen rechtopstaand transporteert. Dankzij voortdurende laserscanning van reflectoren en driehoeksmeting, weet de AGV exact waar hij is. De voertuigbesturing kent daarbij elke positie van de 28 locaties die ThyssenKrupp binnen de 6 clusters heeft bepaald. Op elke locatie levert de AGV de stalen palletframes af waarop tot maximaal 8 buizen en tandheugelprofielen, rechtop staand, tegelijk worden vervoerd.
Daar de AGV in een gebied rijdt waar ook mensen lopen en spullen weg kunnen zetten, is veiligheid erg belangrijk om letsel of schade door aanrijding te voorkomen. De detectoren op de AGV voorkomen aanrijdingen. De truck stopt direct als een object zijn rijweg blokkeert. Als deze weer vrij is, vervolgt hij zijn route automatisch.

Het resultaat

Door meerdere raildelen te clusteren tot 1 transport is de inzet van 1 voertuig voldoende. Indien de noodzakelijke capaciteit in de toekomst opgeschroefd dient te worden, is de inzet van een tweede APM eenvoudig mogelijk is.